Neuroplasticiteit in het voetbal

Wat is neuroplasticiteit?
Of het nu om de grootste toppers gaat, of om een gepassioneerde amateur. Elke sporter traint dagelijks of wekelijks om daarmee beter te worden en optimaal te presteren. Dit betekent dus ook dat de hersenen dit opslaan. Hoe kan dit? En wat is de relatie tot de 10.000 uur regel, die wel of niet werkt? Dit heeft te maken met neuroplasticiteit. De ontwikkeling van de mens stopt namelijk nooit. Elke dag zijn weer nieuwe dingen te leren. Dat geldt niet alleen in de sportomgeving, maar ook in het dagelijks leven. Het brein slaat voortdurend nieuwe ervaringen op. In recente jaren is de kennis over de hersenontwikkeling flink toegenomen.

Meer meten dan ooit
Het is voor onderzoekers mogelijk om meer te meten dan ooit met een MRI. Dit betekent dat veel te leren is over de hersenfuncties. Dit heeft ervoor gezorgd dat veel theorieën over de hersenen die lang bestonden inmiddels ontkracht of aangepast zijn. Bijvoorbeeld de theorie dat een kinderbrein niet of nauwelijks nog kon veranderen. Dit is onjuist. Zoals het ook onjuist is dat een brein niet actief is op het moment dat er niet bewust wordt nagedacht. Het brein is altijd actief, ook in momenten van ontspanning.


De rol van neuroplasticiteit
Wanneer een persoon iets nieuws leert, dan brengt dit een verandering in de hersenen met zich mee. Dit is wat neuroplasticiteit is. Het is uit onderzoek gebleken dat het gedrag van de mens veranderingen in het brein teweegbrengt, zowel op jonge als op latere leeftijd. De vraag is dan dus hoe dit precies werkt. In de praktijk zijn er drie wijzen waarop hersenen kunnen veranderen.

De eerste wijze van veranderen
De eerste manier waarop hersenen kunnen veranderen is de chemische verandering. In het brein worden voortdurend chemische signalen van hersencel naar hersencel gestuurd. Deze signalen staan ook wel bekend als neuronen. Dit is een aanleiding om een serie van acties en reacties te ontketenen. Wie aan het leren is, zal deze neuronen zien toenemen. Bovendien concentreren ze zich vaak tussen de hersencellen. Dit is een verschijnsel dat flink snel gaat en dus ook de reden is waarom mensen snel in staat zijn om dingen te leren en onthouden.

De tweede wijze van veranderen
Over een langere periode kan het ook zo zijn dat structuren in de hersenen veranderen. Dit is de tweede manier. Het is een manier die langzaam gaat en meer te maken heeft met het lange termijn geheugen. De processen hebben namelijk altijd een verbinding met elkaar. Een goed voorbeeld hiervan is het leren hooghouden. Dit zal in het begin lastig zijn, maar wie doorzet kan na enkele uren al flink beter worden. Wanneer je dan stopt, kan het best zijn dat je de volgende dag het gevoel weer kwijt bent en weer opnieuw moet leren. Dit komt doordat op de eerste dag de neuronen een grote rol spelen. Op de lange termijn is het brein echter niet structureel veranderd. Terwijl dit wel nodig is om de oefening op te slaan. Daarom kan op korte termijn niet over leren worden gesproken. Dit kan alleen op lange termijn.

Specialist op het gebied van breintraining is Matthias Nowak.


De rol van gedrag
De veranderingen worden uiteindelijk netwerken tussen verschillende delen van het brein. Een bekend onderzoek is dat van taxichauffeurs die de Londense straten uit hun hoofd moeten leren voor het taxi-examen. De netwerken die deze chauffeurs in het brein hebben, zijn zeer groot in het ruimtelijk geheugen. Ook kunnen hersendelen een andere functie krijgen op het moment dat nieuwe dingen worden geleerd. Dit betekent dat de netwerken kunnen verplaatsen of de samenstelling ervan kan veranderen. Het brein leert dus door neuroplasticiteit op verschillende manieren.


Moeite met leren
Wat is de reden waarom het leren soms zo lastig is? Wat is de reden waarom mensen zaken vergeten op het moment dat ze ouder worden? Er zijn verschillende lessen uit onderzoeken over neuroplasticiteit te trekken. Denk dan vooral aan de rol van gedrag als het gaat om veranderingen. Zo is bijvoorbeeld te zien dat moeilijkere trainingsvormen voor grotere structurele veranderingen in het brein van spelers kunnen zorgen. Wel is het belangrijk om te beseffen dat die verandering positief of negatief kan uitpakken. Het kan gaan om iets leren of verbeteren, maar net zo goed om iets vergeten.

De kwaliteit van het brein
Het is belangrijk om te beseffen dat het brein van grote kwaliteit is. Daardoor is er dus ook geen eenduidige oplossing als het gaat om het leren van bewegingen of situaties. Lang werd gesteld dat de 10.000 uur regel van grote waarde was. Wie 10.000 uur trainde, zou in een bepaalde beweging heel goed worden. Uit onderzoek is gebleken dat dit niet helemaal juist is. Per mens kan dit of veel sneller gaan, of juist veel trager. Het is afhankelijk van hoe het brein in elkaar steekt. Daardoor is er dus meer dan één manier van werken voor grote groepen. Het is belangrijk dat een individu op een eigen manier leert. Daardoor zijn gepersonaliseerde trainingsmethodes van belang. Onderzoekers zijn hier dan nu ook meer onderzoek naar aan het doen.

Meer kennis op gedragsgebied
Dat gedrag een belangrijke rol speelde, was natuurlijk al langer bekend. Sporters die goed zijn in voetbal of hockey, hoeven niet perse ook goede zwemmers te zijn. De coach speelt hier een belangrijke rol in door op de training voortdurend van spelers nieuwe dingen te vragen. Meer uitdaging zorgt voor grotere structurele veranderingen. Dit is ook hoe Julian Nagelsmann werkt. Daarover zeiden ingewijden dat Nagelsmann de oefening verandert op het moment dat de spelers hem door hebben. Zo proberen de trainers voortdurend stress te creëren.

Een voorbeeld van stress creëren
Een voorbeeld van deze methode is het doen van positiespellen. De verdedigende partij staat in het midden en er staan meerdere doelen om hen heen. De verdedigers kunnen daar dus scoren op het moment dat ze de bal hebben. Door de doelen verschillende kleuren te geven. Je laat de spelers dan bij balverovering horen welke kleur op dat moment geldt. Dit vraagt van hen om voortdurend na te denken. Zo kunnen zij veel bereiken.Oefenvorm Willem Weijs – hoge intensiteit, chaos/stress creëren

Veel variatie en stress in onderstaande oefening van Thomas Tuchel. Partijspel in verschillende richtingen op verschillende goals.

Voor iedereen een geschikte methode
Het trainen in een rijke omgeving is voor alle soorten spelers geschikt. Dat geldt in de jeugd en bij senioren. Daarin spelen factoren als taal, stress, relaties tussen ouders en kinderen, sociale relaties, economische status en allerlei andere zaken een rol in. Ook het ontwikkelen van allerlei functies zoals aandacht voor de omgeving of het opbouwen van een geheugen zijn daarin een belangrijke zaak. Dit is geen gemakkelijk systeem. Deze factoren bepalen allemaal hoe sterk de verbindingen in het brein worden. De structuren zijn bij volwassenen vaak sterker dan bij de jeugd. Daarom is bij kinderen het vermogen om te inhiberen ook kleiner.

Onderzoeken bij oudere spelers (senioren voetbal)
Er is ook veel onderzoek gaande naar ouder worden. Sommige verbindingen gaan dan weer lijken op de verbindingen bij jongeren. Het onderzoek lijkt uit te wijzen dat door training het niveau weer verder te verbeteren is. Dit betekent dus ook dat een coach hier veel waarde van kan hebben. Neuroplasticiteit bevorderen kan in rijke omgevingen beter dan met vaste patronen. Kinderen, volwassenen en ouderen blijken uit onderzoek motorisch beter te leren door impliciet leren dan door expliciet leren. Dit is voor alle leeftijden van toepassing. Ook bij groepen boven de 35 jaar zijn nog functionele verbindingen in de hersenen aan te leggen. Variatie is daarin dan ook de belangrijkste factor.

Meer afbeeldingen en filmpjes kun je vinden op: Neuroplasticiteit

Plaats een reactie